woensdag 29 januari 2014

Ibn Khaldoun over heiligheid

Ibn Khaldoun (of Ibn Ghaldoen) noemt in zijn 14de eeuwse ‘Geschiedenis van de Wereld’, de Muqaddimah, drie gradaties van heiligheid. Op de hoogste trap staan de Profeten, gevolgd door de Heiligen. Op verre afstand daarvan staan op de derde plaats de Paranormaal Begaafden. Volgens hem kunnen gewone mensen zoals jij en ik nooit tot spirituele perceptie komen. Daarvoor is onze ziel te zwak. De Profeten, die altijd van onbesproken karakter en gedrag zijn, worden, buiten zichzelf om, door God gebruikt om de wereld kont te doen van Zijn intentie. Zij zijn begiftigd met een ‘geavanceerd bewustzijn’ en kunnen daardoor ‘wonderen’ verrichten. In de Oudheid heeft God mensen uit het Joodse volk uitgekozen als Profeet. Jezus was de laatste in die rij. Mohammed was de enige die niet van Joodse komaf was. Heiligen zullen nooit direct aangestuurd worden door God, maar kunnen wel kontact hebben met de Engelen. Zij hebben een inwaarts gerichte, intuïtieve intelligentie. Zij bereiken daardoor een ‘verheven’ status en worden daarvoor geëerd. Veel van de Paranormaal Begaafden daarentegen moeten met een korreltje zout genomen worden, volgens Ibn Khaldoun. Vaak zijn het oplichters, tovenaars en kwaadwilligen. Als ze al iets kunnen of doen dat ‘wonderbaarlijk’ is, of iets voorspellen dat ook werkelijk uitkomt dan is het een toevalstreffer. Toch bestaan er echter wel degelijk echte authentiek Paranormaal Begaafden. Het is dus oppassen geblazen. (29)

maandag 27 januari 2014

Het land van de duizenden heiligen

Islam betekent onderwerping. Het betekent niet onderwerping aan iets (een systeem of gewoonte) of iemand (met autoriteit), maar aan de enige echte God: de God van Abraham. De God die Joden, Christenen en Islamieten met elkaar gemeen hebben. Dat sluit de verering uit van Moloch, het Gouden Kalf, huisgoden en heiligen. Toch wordt Marokko het land van de duizenden heiligen genoemd waar ieder dorp wel iemand of iets heeft dat vereerd moet worden. Een rijk religieus bewustzijn, zou ik zeggen, maar niet Mohammed de Chauffeur. Hij is het er niet mee eens! Volgens hem is het niets anders dan afgoderij. Toen ik dit leuke mausoleumpje van een of andere heilige ergens in de Draavallei zat te tekenen, fulmineerde hij over de vrouwen en meisjes die meer vertrouwen hadden in de krachten van zo’n gebouwtje dan in God. ‘En het is overal in Marokko zo!’ sloot hij zijn betoog af. Later las ik ergens dat de spiritualiteit van de Berbers nog schatplichtig zou zijn aan pre-islamitisch animisme. (36)

zaterdag 25 januari 2014

Religie in Marokko

Islam is bij verre de allergrootste godsdienst in Marokko. Behalve de luidde roep tot gebed op gezette en minder gezette tijden van de dag, merk je er als toerist verder weinig van. Toen ik in Marrakesh aankwam was de geur van gestold bloed van het Offerfeest net uit de lucht verdwenen. Als ongelovige mag ik in Marokko niet in moskeeën komen. Daardoor bleef ik in het Marokkaanse leven letterlijk een buitenstaander. Het is een historisch gegroeid gegeven volgens Mohammed de Chauffeur. Tijdens het Protectoraat respecteerden de Fransen niet de immuniteit van de moskee zoals ze dat wel met kerken deden, en vervolgden mensen tot in de gebedsruimte. In respons mogen wij nu helemaal niet meer naar binnen. Islam wordt, dankzij de strikte voorschriften, overal en door iedereen op dezelfde manier beleden. Er zijn echter genoeg variaties in interpretatie vooral in de mode. Zo is er een groot verschil in de manier waarop vrouwen zich kleden zelfs binnen één familie. Dat verlevendigt het straatbeeld enorm. Zoals overal in de Islamitische wereld zie je ook in Marrakesh een aanzienlijk aantal jonge mannen met iets te korte broeken, lange hemden en pluizige groei onder de kin als uiting van het gevoel van onrecht dat zij vinden dat hun is aangedaan door deze goddeloze wereld. In dit uniform denken ze terug te kunnen keren naar de z.g. authenticiteit van de oorspronkelijke Islam. Op de tekening is een oud manuscript te zien dat te vinden is in de bibliotheek van Tamegroute en dat de afdruk van de sandalen van Mohammed voorstelt. (34)

donderdag 23 januari 2014

Islam en ik

Ondanks dat ik van huis uit ongelovig ben, ben ik altijd gefascineerd geweest door Islam en waar het voor staat. Net zoals Geert Wilders overigens, mag ik wel zeggen. Alleen: ik ben tot andere conclusies gekomen. Als kind werd ik voorgelezen uit Duizend en één Nacht. De wereld die me daarin werd voorgetoverd, heeft mij blijvend gecharmeerd. Toen ik mijn vleugels uitsloeg was het dan ook in oostelijke richting. In de loop van de jaren heb ik mij verdiept in Islam als godsdienst, filosofie, sociale beweging en cultuurdrager. Ik ben er niet ‘gelovig’ door geworden, maar ik heb wel respect gekregen voor de ‘Islamitische cultuur’. Een respect dat mijn romantisch oriëntalistische uitgangspunt overstijgt. Als ‘westerse’ vrouw en lesbienne zouden er veel facetten in Islam moeten zijn die recht tegen mijn levenswijze in zouden moeten gaan, maar ik vind dat nogal relatief. Islam is perslot begonnen als een emancipatoire beweging. En gelukkig bestaat homoseksualiteit in alle culturen en in de Islamitische heeft het een zeer rijke traditie zowel in de literatuur als in het dagelijks leven. Intussen volg ik met spanning de laatste ontwikkelingen en de veranderingen die op gang gezet zijn en die weet ik waar naar toe kunnen leiden.(60)

dinsdag 21 januari 2014

Het Frans

Zonder Frans kom je in Marokko niet weg. Frans is de taal die de mensen machtig zijn waarmee je als toerist te maken krijgt. Slechts een enkeling spreekt ook nog Engels. Bert die het Arabisch vloeiend beheerst, maar meer moeite met het Frans heeft, kon niet altijd met alleen Arabisch terecht. Dat lijkt een contradictio in terminis, maar niet alleen wordt er een Marokkaans dialect van het Arabisch gesproken, het Frans beslaat ook het middengebied tussen de geletterde gearabiseerde Marokkanen en de mensen die niet kunnen lezen of schrijven. Officieel was de Franse invloed niet van lange duur (1912-1956), maar het heeft op het openbare leven een duidelijke stempel gedrukt. De Fransen hebben hun ambtelijke systeem ingevoerd en de rechtelijke macht naar hun traditie vormgegeven. Bovendien hebben zij de scheiding tussen ‘kerk en staat’ ingevoerd. Iets dat in het Islamitische Sultanaat Marokko een geheel onbekend, onbegrijpelijk en heidens concept was. Daarom is na de onafhankelijkheid in 1956 als reactie een Arabisering doorgevoerd. Het Frans moest in het openbare leven en als taal van de overheidsinstanties verdwijnen ten gunste van het Arabisch Maar inmiddels hadden de bestuursvormen in de Arabische wereld ook trekjes gekregen van de seculiere systemen van de heersende wereldblokken: Amerika en Rusland. Wat was dus ‘Arabisch’? Kan het zijn dat met de erkenning van de Berbertaal er misschien een nieuwe verschuiving gaat plaatsvinden? Of gaat de hang naar ‘traditionele’ Islam de toekomst bepalen in de vorm van een ‘modernisering’ van de Sharia en een bestuur gebaseerd op consensus? (53)

zondag 19 januari 2014

Het Arabisch

Arabisch is de taal van de Islam. De Koran en de Hadith (de tradities) zijn in het Arabisch neergepend. In de loop van de tijd werd dit ‘klassiek’ Arabisch een aangeleerde taal speciaal gebruikt voor religieuze en juridische zaken. Zoals het Latijn tot recentelijk de taal van de katholieke kerk en de universiteiten was. Want tegen de tijd dat er aan de Sharia (het wetboek) gewerkt ging worden, was Arabisch allang niet meer de moedertaal van alle schriftgeleerden. Het heeft Islamitische juristen door de eeuwen heen veel hoofdbrekens gekost om de betekenis van de Koran en de Hadith over te zetten in de Sharia en die dan weer rechtzinnig toe te passen in bijv. zaken waarvoor alleen Berberwoorden bestonden. Ze gebruikten dan zoveel mogelijk analogieën waarbij in de context gezocht werd naar een woord evenredig in het Arabisch. Werd die gevonden dan werd er door de juristen en schriftgeleerden betekenis aan gegeven in consensus. Daarom is na de dood van Mohammed consensus naast analogie een kernbegrip in Islam geworden. Er is inmiddels een aanzienlijk verschil ontstaan in gesproken, geschreven en ‘klassiek’ Arabisch. De meeste landen in het Arabische taalgebied hebben een eigen ‘dialect’. Zo ook in Marokko. Na de onafhankelijkheid van de landen in de Maghreb is er bewust gekozen om de voertaal en de overheidstaal verder te Arabiseren ten koste van het Berbers en het Frans. Het lukte in de grote steden, maar door structureel analfabetisme is het maar gedeeltelijk doorgevoerd. (57)

vrijdag 17 januari 2014

De taal van de Berbers

Het Berbers wordt gesproken door ongeveer de helft van de Marokkanen, maar in ieder deel van het land is een ander soort Berber of Tamazight, in zwang. Het Berbers is pas in 2011 als officiële taal erkend. Daarvoor was de taal verboden op scholen en in de staatsmedia. Hoe het geschreven wordt is nog een twistpunt. Volgens de bronnen die ik raadpleegde is geen oorspronkelijk Berber alfabet gevonden. De historische teksten die er zijn, zouden slechts bestaan uit summiere aanduidingen. Met de toenemende alfabetisering onder de Berbers is er ook een verlangen ontstaan om de eigen taal te kunnen schrijven. Sommige Berber activisten willen dat hun taal op de Europese manier wordt geschreven, anderen die een sterke Islamitische identiteit nastreven, willen dat het in het Arabische schrift wordt gesteld, terwijl weer anderen de Toearegse variant gebruiken die wel een alfabet heeft. Tenslotte heeft men voor het Toearegs of Tifinagh, gekozen ondanks het politiek ongunstige feit dat de Toearegs in hun sub-Sahara gebieden voor onafhankelijkheid vechten. De 14de eeuwse Berber historicus Ibn Khaldoun beweert dat het Arabisch een fonetisch gespelde taal is waarin de klanken van iedere taal getransponeerd kunnen worden: ook het Berbers. In de bibliotheek van Tamagroute zijn 15de eeuwse handschriften in het Berbers waarin dan ook het Arabische alfabet gebruikt wordt.(30)

woensdag 15 januari 2014

Slaven

Een aanzienlijk deel van de Marokkaanse bevolking is afstammeling van slaven afkomstig uit Sub-Sahara Afrika, die naar de Maghreb meegenomen werden door karavanen. Ze werden als slaven ingezet om o.a. de oasen te beheren die op de karavaanroutes lagen. Inmiddels zijn ze in de bevolking opgegaan. Mensen die uiterlijk nog op zwarte Afrikanen lijken, vind je overal, maar in het bijzonder langs de aanvliegroutes van de karavanen van weleer zoals in de Draavallei. Een slaaf is iemand die geen zeggenschap over lijf en leven heeft en het bezit is van een ander mens. Slavernij is ouder dan de geschreven geschiedenis. In de Bijbel is slavernij een gegeven en men kan er zelfs regels in vinden voor de behandeling van slaven. Moses leidde het Joodse volk weg uit de slavernij in Egypte. De Arabieren stammen af van Ismaël, zoon van Abraham en Haggar, de slavin van zijn vrouw Sarah. Mohammed, Boodschapper Gods, had slaven, kreeg slaven in buit, kocht slaven en maakte ook slaven vrij. In de Koran en de Hadith (tradities) wordt uitgebreid ingegaan op de behandeling en rechten van slaven. Misschien is de Koran de eerste tekst waarin het gaat over rechten en niet over plichten. Vrijheid geven aan een slaaf gold als een goede daad in de Islamitische wereld, maar wat betekende vrijheid voor een vrijgemaakte slaaf? Haggar mocht niet meer de bronnen gebruiken die Abrahams stam toebehoorden. De Franse schrijver Antoine de Saint Exupéry beschrijft in ‘Het rijk der mensen’ hoe in het zuiden van Marokko een slaaf die te oud en krakkemikkig was om nog langer te werken, vrijgelaten werd zodat hij buiten de poort van zijn vroegere eigenaar stierf van honger, dorst en gebrek aan verzorging. (27)

maandag 13 januari 2014

De Kameel oftewel Dromedaris

De dromedaris is een één bultige kameel. Door hun bijzondere eigenschappen kunnen deze dieren het lang zonder water en voeder uithouden in de zeer hete woestijn. In tegenstelling tot wat ik altijd dacht, slaat de kameel het vocht niet op in de bult maar in de maag. In de bult zit het vet dat hem niet alleen in leven houdt, maar dat ook als airco dienst doet. De kameel kan in één keer enorm veel drinken en eten, maar zal een enkele plant of boom nooit kaal vreten. Op de tekening eten ze van de acacia of, zoals Mohammed de Chauffeur hem noemde: Spike Tree vanwege de scherpe stekels. Het dier werd al vanaf 4000 v C als lastdier in Arabië gebruikt en is vandaar uit via de zuidkant van de Sahara in Marokko gekomen. Als kuddedier functioneerde de kameel heel goed in de karavanen. Waar wel honderden kamelen tegelijk de waren vervoerden over de handelsroutes door de Sahara. De levens van de Berbernomaden en de kameel zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden ondanks de opkomst van de auto en vrachtwagen. De kamelen vervoeren nog steeds de tenten en huisraad van de nomaden op de eeuwige trek tussen bergweiden en laagvlakte. Tegenwoordig spelen ze een belangrijke rol in de toeristenindustrie als exotisch rijdier. Als je eenmaal vanuit Marrakesh de Hoge Atlas en de Anti Atlas bent overgestoken zie je ze overal. (26/31)

vrijdag 10 januari 2014

Nomaden en Bedoeïen

Nomaden zijn Berbers die met hun kuddes rondtrekken. Ze wonen in grote tenten van geitenhaar. In de zomer hoedden zij de schapen en geiten op de groene bergweiden van de Hoge Atlas. Als het winter wordt en de sneeuw valt, dalen ze af naar de steppen waar inmiddels de uitloop van de regen in de hoger gelegen gebieden zou hebben moeten zorgen voor graasvoer. Toen wij door de Dades reden, kruisten nomaden met hun hele hebben en houden onze weg. Zij kwamen uit de Hoge Atlas waar de eerste sneeuw was gevallen. Bedoeïen zijn in theorie Arabieren die rondtrekken op zoek naar voer en drinken voor hun geiten en kamelen. Ik ben er niet achter gekomen wie die bedoeïen in Marokko nu precies zijn. Bij de nomaden en bedoeïen zijn stam- en familieverbanden nog steeds heel belangrijk en bepalen de hele leefomgeving en tradities.De nomaden en bedoeïen van Tamagroute houden zich vooral bezig met het organiseren en begeleiden van toeristische trektochten op kamelen door de zandduinen van Tinfou aan het einde van de Draavallei. (24)

woensdag 8 januari 2014

Arabieren

Tot het tijdperk van de Grote Arabische Veroveringen gleden invloeden van buiten van de Berbers af als water van een eend. Zelfs de Romeinen konden geen blijvende indruk maken. Maar de Arabieren brachten iets dat na enige aarzeling de onafhankelijke Berbers in het hart raakte: Islam. Sedentaire Arabieren uit het oostelijk deel van de Middellandse Zee en Bedoeïen van het Arabischschiereiland zijn in twee golven naar de Maghreb gekomen. De eerste golf waren de brengers van de Islam. Zij kwamen via Tunesië naar Marokko. Later zijn om politieke redenen meerdere stammen uit het huidige Yemen en Saoedie Arabië naar Marokko gehaald. Zij kwamen via de oost-west route door de Sahara, onderwierpen de oorspronkelijke bevolking en verwoesten steden en dorpen. De Arabieren vervingen in de meeste gebieden de heersende Berberdynastie door een Arabisch heersershuis. Het grootste deel van de Marokkaanse bevolking identificeert zich momenteel als Arabier. Zij spreken het Marokkaanse dialect van het Arabisch. Deze ‘arabisering’ was vooral een cultureel proces want er is geen significant genetisch verschil tussen de Marokkaanse ‘Arabieren’ en de Berbers. De oorspronkelijke Arabieren zullen wel in de plaatselijke bevolking zijn opgegaan.(17)

maandag 6 januari 2014

Ezeltjes

4WheelDrive auto’s en Quads doen overal in Marokko zand opwaaien, maar het echte vervoermiddel voor de moeilijk begaanbare bergpaden is nog steeds de ezel. Deze ezel is geparkeerd in een ezelpoolplaats ergens in de Hoge Atlas. Die ochtend is vanuit de bergen iemand op de ezel naar beneden naar de grote weg gekomen. Hij of zij heeft zijn vervoersmiddel onder een eikje geparkeerd zodat de trouwe viervoeter schaduw en iets te knabbelen heeft. De reiziger is verder naar de markt of het werk gegaan in gemotoriseerd vervoer. Soms staan er wel vier of vijf ezeltjes op zo’n ezelpoolplaats te wachten op de terugkeer van de baas. Ook in de Medina van Marrakesh waar de straten erg nauw zijn en er zware spullen vervoerd moeten worden, zoals bouwmaterialen, is de ezel onmisbaar. De ezeltjes wonen met hun karretjes bij elkaar in stallen midden in de Medina. Bert huurde zo’n ezel met kar om onze bagage van de ene naar de andere Riad te vervoeren. Dat had een taxi niet kunnen doen. (14)

zaterdag 4 januari 2014

De Berbers

Sinds mensenheugenis wonen er Berbers (of Imazighen, ‘vrije mensen’) in de Maghreb. In Marokko vormen zij nog steeds de grootste bevolkingsgroep. Ze woonden al in de Maghreb toen Europa bedekt was met ijs en de Sahara nog groen was. Toen het ijs naar het noorden opschoof en de Sahara veranderde in een onbewoonbare woestijn bevonden Berberstammen zoals de Toeareg zich zowel aan de zuid als aan de noordkant ervan. Net zoals in de geschiedenis de Middellandse Zee het focuspunt was van de Europese cultuur zo was de Sahara de Mare Nostrum van de Berbers van Marokko. Ze waren niet maritiem geïnteresseerd en stonden letterlijk met de rug naar de Middellandse Zee in het noorden en de Atlantische Oceaan in het westen. De Berbers doorkliefden daarentegen de zee van zand op hun kamelen. De karavanen van de Berbers volgden meerdere vaste routes naar Mali, Niger, Libië en Senegal. De meest verhandelde goederen waren: zout, goud, zilver, dadels, textiel, slaven en wapens. De twee Berbers die erg belangrijk zijn geweest voor het aanzien van de wereld zijn de 5de eeuwse filosoof Augustinus en Ibn Khaldoun die in de 14de eeuw geschiedschrijving tot wetenschap heeft gemaakt. Ibn Khaldoun heeft bovendien de Marokkaanse Berbers status gegeven in de geschiedenis door verschillende van hun koninkrijken te beschrijven. (13)

donderdag 2 januari 2014

Magreb: Het Wilde Westen

Mohammed, Boodschapper Gods, maakte van zijn geboorteplaats Mekka het centrum van de Islamitische wereld. Een paar eeuwen later was het centrum een ster met vier punten: Mekka, Damascus, Bagdad en Caïro. Alle land ten westen van Caïro werd ‘Het Westen’ of Maghreb genoemd. Er werd vooral de kuststreek van Noord Afrika en Spanje mee bedoeld. Tegenwoordig wordt de naam in politieke zin gebruikt als het over de Noord Afrikaanse landen minus Egypte gaat. De mensen die er woonden heetten de Maghrebi, Westerlingen. Het was een Arabische parapluterm voor alle bevolkingsgroepen en niet alleen de Berbers. In de Arabische verhalencyclus verzameld onder de titel ‘Duizend en één Nacht’ worden de Maghrebi voorgesteld als schurken, oplichters en tovenaars. Misschien hebben ze deze slechte naam te danken aan het feit dat, terwijl de gebieden ten noorden en oosten van de vier puntige ster makkelijk ten prooi vielen aan de grote Arabische veroveringen in de zevende eeuw, de bevolking van de Maghreb zich niet zo makkelijk gewonnen gaf. (54)