zondag 30 maart 2014

Het einde van deze reis

De Blog is klaar. Alle tekeningen zijn erop gezet en van een verhaaltje voorzien. Ik kan er nog weinig van zeggen omdat het allemaal moet bezinken. En ongetwijfeld krijg ik nieuwe inzichten. Het is inmiddels 4 maanden sinds ik uit Marokko terug op stek kwam. En vandaag vertrek ik weer: nu naar Noord Marokko. Ik ben benieuwd wat ik daar aantref.. Dezelfde formule wordt gevolgd: reis verzorgd door Het Vliegende Nijlpaard, accommodatie en auto met chauffeur georganiseerd door Morocco Private Travel. Ook nu wordt ik vergezeld door Bert en hoop ik weer veel te kunnen tekenen. Ongetwijfeld is Noord Marokko heel anders dan het zuiden. Eerlijk gezegd kan ik mij moeilijk voorstellen dat deze reis geëvenaard kan worden, laat staan kan worden overtroffen. Ik hou een ‘open mind’. In tegenstelling tot het begin van deze reis heb ik voor de nieuwe reis wel al een ‘leitmotiv’ waarop ik mij kan richten. Het is immigratie en emigratie. Op de laatste tekening van deze blog zie je het bruisende centrum van Imlil: het einde van de geplaveide weg en het kruispunt vanwaar de paden naar diverse bestemmingen in de bergen voeren. Twee dames zijn net met de bus aangekomen en wachten op het laden van de muilezels zodat ze hun inkopen of bezittingen naar hun bestemming kunnen brengen. Met mijn koffers gepakt, voel ik me nu ook zo. (56)

woensdag 12 maart 2014

De gastheren en gastvrouwen

Als toerist zijn het de gastheren en gastvrouwen die je contact met de wereld om je heen zijn. Je bent afhankelijk van de goodwill van de uitbaters en kelners. In Marrakesh zit je dan meestal wel goed. Alhoewel het aan te raden is een Riad te nemen waar de eigenaar aanwezig is. Wij scoorden over het algemeen goed omdat Bert Arabisch sprak. Zodra ze haar mond opendeed dachten de meeste mensen dat ze Libanees was. Een gebaar in de richting van de gastheren en dames, en dat heeft niets met fooien van doen, wordt zeer op prijs gesteld. Anders blijf je als toerist alleen maar een ongelovige waar geld aan te verdienen valt. Op onze laatste dag in Marrakesh aten we in één van de vele dakterrasrestaurantjes in de Soek. Zoals verwacht was het diner verrassend en smakelijk. We hadden voor vegetarisch gekozen: wat altijd een goed alternatief is vanwege het ruime aanbod aan groenten. Bert raakte in gesprek met de kelner. Hij had een beetje moeite met haar ‘echte’ Arabisch, maar ze kwamen er uit en het werd een vrolijke uitwisseling. Uiteindelijk gaf hij haar een ontroerend en welgemeend compliment: soms ontmoet je mensen die beter zijn dan je je kan voorstellen. Op de tekeningen staan Khadija van Riad Dar Khimissi en Mohammed van restaurant en ijssalon Alhambra aan het Jemaa El Fnaaplein. (Mohammed de Boodschapper Gods en zijn eerste vrouw Khadija zijn erg populair bij het naamgeven van kinderen in Marokko.) (10,12)

dinsdag 11 maart 2014

Eten in Marokko

We hebben erg geboft met het eten onderweg. Alleen in Marrakesh gingen we daarvoor naar restaurants. Met veel genoegen overigens maar in geen vergelijk tot het eten dat we onderweg voorgeschoteld kregen. Omdat de Kasba hotels en B&B’s vaak weg van dorp of stad lagen was het diner inbegrepen. Dat klinkt niet erg aanlokkelijk gezien je dan meestal laffe buffetkost verwacht, maar wij kregen overal kostelijke vers gemaakte gerechten voorgeschoteld: meestal samengesteld uit dat wat op de markt voorradig was. Het was herfst dus kan je kalabassen, pompoenen en bieten verwachten. Vurrukkuluk! Couscous hebben we helemaal niet gegeten, maar Tajinegerechten des te meer vergezeld van brood. Het diner begon met soep of salade. De soep was meestal een variant van de traditionele Hariri. Hariri is een maaltijdsoep die in Marrakesh in kleine straatrestaurantjes als lunch aan arbeiders wordt geserveerd. De salade kon van alles zijn, maar de bieten en aardappelsalade in Imlil spande de kroon. Toetje was altijd kwark met vruchten. Dat was duidelijk het enige niet verse op het menu. Voor lunch kochten we zelf brood en andere ingrediënten zoals olijven, sardientjes, confituren, vruchten en natuurlijk: Mubarak, Le Vache Qui Rit. Soms aten we ergens een omelet in een wegrestaurant of een pastille, een beurs van bladerdeeg gevuld met van alles en bestrooid met poedersuiker. De kwaliteit ervan kon nogal wisselen afhankelijk van de vulling. Op de tekening staat Mohammed de kok van de Kasba Des Arts. Hij poseerde nadat hij ons gelukkig had gemaakt met een zalige maaltijd, ietwat onwennig en gelaten. Uiteindelijk was hij er erg gelukkig mee. (21)

Eco-toerisme

Ecotoerisme is populair in Marokko. Volgens mij betekent dat veel hetzelfde kan blijven. Door de nadruk te leggen op lokale producten hoeven er geen Engelse of Continentaal ontbijt te worden bereid met alle ongemak van varkensvleesproducten. En de rest wijst zichzelf uit. Zonenergie collectoren zie je overal op de daken. Dat zal in de toekomt nog wel verder uitgebreid worden. Het waterverbruik vergt nog wel enige ontwikkeling eer dat het eco-vriendelijk is. Het vervangen van een bad door een douche en de denkende wc doorspoelknop is een grote stap. Wassen zonder water wordt de grote doorbraak van de eeuw. Maar tot nu toe betekent eco-toerisme vooral korte lijnen van plaats van productie naar de tafel en alles vers bereidt in de eigen keuken. Op de tekening is Badijah pasteitjes met een vulling van amandelspijs aan het maken. Het is best een bewerkelijk recept, maar erg populair. In de Soek worden ze verkocht door ondernemende huisvrouwen. (9)

maandag 10 maart 2014

Dromen

In Marokko doen ze hun best om jongensdromen te verwezenlijken. Als gekken rijden op Quads, in 4xdrives of Amerikaanse militaire stijl wagens door de woestijn, is daar één voorbeeld van en misschien wel de meest populaire. De heren der schepping kunnen net doen alsof ze voor het programma Top Gear testrijden of deelnemen aan de Dakar rally en ‘s avond met elkaar rond het kampvuur zitten en pochen over de avonturen van de dag met een glas belegen whisky aan de lippen. Intussen kunnen de dames ook hun meisjesdromen in vervulling laten gaan. Niets is sexier dan je te laten verleiden door een goedgebouwde woestijnkanjer. Mohammed de Chauffeur probeerde toen we eenmaal het einde van de Draavallei naderden aldoor onze aandacht te vestigen op paraderende mannetjesputters. ‘Die zijn er voor de Dames,’ benadrukte hij grijnzend. Hij leek teleurgesteld dat wij geen gebruik van hun diensten wensten te maken. ‘In M’Hamid, zijn de mannen zo desperaat dat ze zich letterlijk voor de auto werpen,’ wist hij. ‘Hier wonen de bannelingen uit het zuiden.’ Na een tijdje begon het me te dagen: Polisario. Zuid Marokko was vroeger een Spaanse kolonie, genaamd West Sahara. Begin zeventiger jaren kwam er een beweging op gang voor onafhankelijkheid: het Polisario Front. Echter na de dood van Franco verviel het land aan Marokko dat sedertdien in oorlog is met de Polisario. Daarmee was de droom voor een onafhankelijk West Sahara vervlogen. Beloftes voor een referendum over zelfbeschikking zijn op de lange baan geschoven. Dus naar deze uithoek zijn de vechters verbannen. Op de tekening mijn droom: in een volgetankte Mercedes op weg naar de toppen van de wereld. (50)

zondag 9 maart 2014

Mohammed de Chauffeur

Toen ik aan deze reis begon, was ik me er terdege van bewust dat Bert en ik tien dagen in het gezelschap zouden verkeren van een volkomen onbekende man. Veronderstel dat we helemaal niet met elkaar overweg konden en de reis op een ramp zou uitlopen? Ik had me expres op de achterbank van onze Mercedes Taxibus geïnstalleerd. Bert was daardoor gedwongen naast hem te zitten en moest zich met hem onderhouden. Het eerste half uur leek het er inderdaad even op dat het een moeizame tocht zou worden toen hij direct al uitviel over de waterverspilling voor golfbanen en buitenlandse agro-businesses. Maar toen hield het op. Hij had nog wel enkele andere sterke opinies, maar dat werden door de goede sfeer in de auto, informatieve uitlatingen. Mohammed bleek al snel een zeer professionele chauffeur die gewend was zeer kleine gezelschappen rond te rijden en je met rust te laten. Het eerste dat opviel was dat hij niet te hard reed. We kachelden op ons gemak over de Hoge Atlas zodat we alles goed konden zien en snel konden stoppen als er zich iets leuks voordeed. Verder was hij heel informatief over alles wat we onderweg tegenkwamen, alhoewel hij opbiechtte dat hij de Draavallei niet kende. Als hij iets niet wist belde hij een collega of zocht het op zijn smartphone. Op de tekening poseert Mohammed voor zijn bolide op de parkeerplaats van ons enige luxe hotel. Het voordeel van de luxe was dat receptioniste goede kopieën van de tekeningen voor hem kon laten maken. Achter Mohammed is de speciale accommodatie voor chauffeurs en andere begeleiders te zien dat dit soort hotels heeft. Zie het ooievaarsnest dat is gebouwd op de dakdecoratie. (38)

zaterdag 8 maart 2014

De Touareg

In Marrakesh op het Jemaa El Fnaaplein staat een bord met daarop een karavaan kamelen en een man in het blauw. Het opschrift is: Timbouctou 53 dagen. In de Draavallei 450km verderop kom je hetzelfde bord tegen. De afstand naar Mali is nog steeds 53 dagen. In werkelijkheid is de afstand onoverbrugbaar. Het is de nostalgische verwijzing naar de tijd dat de grenzen open waren en karavanen zich regelmatig verzamelden voor de lange tocht. Nu is het voor de toeristen om ons het gevoel te geven dat het ‘echte’ binnen handbereik is. De Touaregs zijn een Berberstam die in Noord Mali en Zuid Algerije woont. De stam hield zich vooral bezig met karavaanhandel in dat deel van de Sahara en de mannen staan bekend om hun blauwe gewaden en tulbanden en het pikante feit dat zij gesluierd zouden gaan terwijl de vrouwen dat niet doen. Gesluierd is een groot woord. Ze dragen een stofdoek voor de mond. Meestal zwart wat in sterk contrast staat met de lichtblauwe kleur van de rest van hun ‘outfit’: heel sexy. In Marokko zijn ze inmiddels uitgegroeid tot een ware mythe die voor de toeristen in stand wordt gehouden. Je vraagt je af hoeveel van de in het blauw geklede mannen ook werkelijk Touaregs zijn. De meeste ‘Touaregs’ verkopen tapijten en ‘bibelots’ of begeleiden toeristen op kameel ‘expedities’ in de duinen. Op de tekening is Bert in vergeefse onderhandeling met een ‘Touareg’ over de veel te dure prijs van een tapijt. Later zou ze van weer een andere ‘Touareg’ eenzelfde tapijt kopen dat een derde van de prijs was. Volgens die handelaar kocht hij de tapijten in Mauritanië, maar waarschijnlijk worden ze door vrouwen uit de buurt gemaakt. (41)

speciaal voor 8 maart: Les Cooperatives Feminines

Volgens een Marokkaans regeringsbulletin zijn er in het eerste deel van 2013 332 Cooperatives Feminines bijgekomen: gezamenlijke waarde: 4,5 miljoen Dirham (Euro 400.000). Big Business op een kleine schaal. In 2008 deed deze kleinschalige economische bedrijvigheid zijn intrede in Marokko geholpen door o.a. Oxfam. Het moest de vrouwen in de zeer arme delen van Marokko een mogelijkheid geven om een menswaardig bestaan op te bouwen. Inmiddels is het Groot! Overal zijn werkplaatsen en winkels waar vrouwen hun producten produceren en verkopen. Soms omvangrijk, zoals in Marrakesh en Ouarzazate en soms piep klein zoals in de Ferklah Oase. De producten zijn heel uiteenlopend: veel handwerk, maar ook medicinale producten. De meeste bekende en inmiddels uitgebuite Cooperatieves Feminines zijn de producenten van Argan olie. Hun product werd zo populair dat het aan z’n eigen succes ten onder dreigt te gaan. Inmiddels staan overal langs de weg ‘outlets’ die erop voorstaan dat ze Cooperaties Feminines D’Argan zijn, terwijl ze er niets meer mee te maken hebben en ook het geld niet bij de vrouwen meer komt. Desalniettemin is het een geweldig instrument in een economie die dreigt steeds grootschaliger en afhankelijker van ‘imports’ te worden. Op de tekening is Khadija te zien die traditionele patronen borduurt op todden die gemaakt worden in de Ferkla Oase. (44)

Ambachten

Er zijn veel ambachtslieden werkzaam in de Soeks van de Medina. Er wordt alles gemaakt voor je huis en persoon. Het is niet spot goedkoop, maar je kan het wel krijgen zoals je wil én het is op maat. De Franse eigenaresse van de Riad Dar Al Djawara vertelde hoe ze veel dingen naar eigen ontwerp liet uitvoeren. Het is niet zoals in andere landen waar de handwerkslieden volgens vaste patronen werken en daar niet van af willen wijken. Ik had een oude blouse bij mij van een mooie snit. Dat heb ik met enige zelfverzonnen modificaties tot grote tevredenheid laten namaken. Er zijn heel veel kleermakers overal verspreid door de Medina. De een doet mannen kleren de ander naait voor vrouwen. Bruidsjurken is natuurlijk ook daar big business. Het kiezen van een kleermaker is niet makkelijk. Ik had Khalid vlak bij de Riad Dar Al Djawara gevonden. Hij was jong en maakte vooral jassen voor vrouwen. Hij vond het geloof ik wel leuk om iets anders te doen. In de zaak had hij geen goede stof voor een blouse en stuurde mij daarom naar de Mellah om zelf wat uit te zoeken. Helaas ging ik te snel weg om nog meer te laten maken. Op de tekening staat hij terwijl hij met een jas bezig is. (59)

vrijdag 7 maart 2014

B&B

Diegene die heeft bedacht dat oude woonhuizen in de Medina het wel eens goed zouden kunnen doen als Bead&Breakfast verdient de Nobelprijs. Het heeft de Medina gered van verval en het heeft de toerist gelukkig gemaakt. Inmiddels lijkt ieder huis omgebouwd te zijn. Als je vanaf de daken neerkijkt in de binnenplaatsen zie je overal om je heen schijnbaar oude gebouwen in een nieuw jasje. Ik heb eens een kijkje genomen in zo’n Dar die verbouwd werd. Alleen de voordeur leek gespaard. Binnenin was het gebouw volledig gesloopt en was opnieuw opgetrokken uit betonblokken. Gelukkig is het handwerk in de Soek van hoge kwaliteit en worden overal nieuw gemaakte traditionele deuren en decoraties gebruikt. Anders zou het ‘nieuwe oude’ wel heel snel weer uit de mode raken. Waar blijven al die gezinnen die uit hun woningen moeten wijken voor deze trend? Voorlopig lijkt het buurtleven nog niet ondermijnd door de opkoop van percelen met potentie. In de nauwe straatjes lijkt het leven van alle dag voortgang te vinden zoals dat al eeuwen heeft gedaan, met kleinschalige bedrijvigheid en aandacht voor de kleintjes. Op de tekeing staat de minaret van de Koutoubia die stadsbeeldbepalend is voor Marrakesh. Verder zijn vooral alle schotels opvallend. (4a)

woensdag 5 maart 2014

De Overvloed van Water

In de Islamitische traditie heeft overvloedigheid van water een speciale betekenis. Volgens de filosofen komt een gelovige na de dood in het Paradijs waar Mohammed haar een koele verfrissende drank aanbiedt uit de Haud-e-Kauthar, de rivier van overvloed. In Marokko is het alsof de toerist een voorproefje wordt aangeboden van het Paradijs. Vlak voordat ik Marrakesh vloog waren er op Euro Sport reclame spotjes met weelderig groene golflinks die er op gericht waren de oudere, maar sportieve toeristen naar Marrakesh te lokken. Golfbanen in de woestijn is nog altijd hét symbool voor de overvloed van rijkdom. Maar zelfs als minder vermogende toerist kan je in Marokko vertoeven zonder je zorgen te maken over waterverbruik. Alle hotelkamers waar ik in verbleef hadden een badkamer, en overal was het geluid van klaterend water in fonteinen, ‘plunge pools’ of zwembaden. Als je wil kan je gedachteloos, ongebreideld water verbruiken. Deze overvloed is een schijnwerkelijkheid in het leven geroepen omdat ik als toerist niet kom als ik niet kan douchen en niet kan doortrekken na ieder plasje.Op de tekening staat het zwembad van Aït Ben Moro, een tot pension omgebouwde oude Kasba, te zien. (48)

Het Simulacrum

Het Simulacrum is een verzonnen werkelijkheid die als echt ervaren wordt. Bekend is het verhaal uit de Griekse Oudheid waarin tijdens het jureren van een schilderwedstrijd de commissieleden vragen om het gordijn weg te halen dat voor het schilderij hangt. ‘Maar dat is het schilderij!’ was het antwoord. Mickey Mouse is voor kinderen net zo echt als een muis. De Franse filosofen storen zich daarom mateloos aan Disneyland, maar erger is het begiftigen van gewone dieren met menselijke karaktertrekken. Tegenwoordig maakt iedereen zich er schuldig aan, ikzelf in kluis. Je moet mij over katten horen... Hang naar dingen die voorbij zijn en angst voor moderniteit maken dat wij het verleden graag ophemelen. Maar dat doen we dan wel vanuit de situatie waarin wij ons bevinden. Daarom wordt ook wel gezegd dat films of boeken met historische onderwerpen (inclusief wetenschap) meer zegt over de tijd waarin ze geschreven of gemaakt zijn dan over de tijd waarin ze zich afspelen. Toerisme is ook sterk schatplichtig aan het simulacrum en helemaal in Marokko. Als toerist wil je graag in de waan leven dat je het ‘echte’ Marokko beleeft. Je beleeft echter een speciaal voor jou geschapen wereld waar jij je goed in voelt en helemaal zo in Marrakesh. Op de tekening is de daktuintent te zien van Riad Dar Khimissi waar in je je als een Pasja voelt.(6b)

dinsdag 4 maart 2014

De Tajine

Geen Marokkaanse keuken is zonder Tajine. De Tajine is zowel het kookgerei als het gerecht als de manier waarop een gerecht opgediend wordt. Als kookgerei is het een stoofschotel met een hoge kegelvormige deksel die in een knop eindigt zodat je hem makkelijk op kan tillen. Tijdens het stoven slaat het condens neer op de deksel en loopt dan terug in de schaal. In de keuken wordt de traditionele aardewerken Tajine als stoofpot vaak ingeruild voor de elektrische variant of de klassieke snelkookpan. Maar de aldus bereidde ingrediënten worden dan wel geserveerd in een traditionele Tajine. De vorm van de schotel bepaalt dat het eten wordt opgediend in een berg: het vlees of gevogelte verborgen onder een veelheid van verschillende groenten. Gerechten die zo geserveerd zijn, worden ook Tajines genoemd. Als je met velen van één Tajine opschept, neem je het deel dat het dichts bij je is. Maar er zijn ook kleine éénpersoons Tajines. Op de tekening is Habiba te zien, één van de Dames die het werk doen in de Riad Dar Kmissi in Marrakesh. Zij houdt de snelkookpan én de Tajine in de gaten. Waarschijnlijk zit in de snelkookpan de kip en in de Tajine worden de groeten gestoofd die straks samen met de kip in een andere Tajine op tafel worden gezet. Delice! (11)

zondag 2 maart 2014

Marokkaans Aardewerk

Ergens langs de weg wilde Mohammed de Chauffeur stoppen bij een onooglijke uitziende batterij hutten, geflankeerd door bergen kruiken en potten waarvan het meeste in scherven lag. ‘Hier wordt het beste aardewerk gemaakt,’ verklaarde hij. ‘Mijn vrouw heeft me een boodschappenlijstje meegegeven.’ Aardewerk is een belangrijk product in Marokko. Vloertegels, wandtegels, dakpannen, bloempotten, kruiken en natuurlijk de typische stoofpotten, Tajines genaamd. Onder aardewerk worden voorwerpen verstaan die gemaakt zijn van leem en klei afkomstig van rivieren. Het is gemakkelijk en goedkoop te maken, maar breekt ook snel. Omdat het poreus is wordt het vaak geglazuurd om het waterbestendig te maken. Bij bloempotten en waterkruiken is het echter een plus omdat het vocht door het ‘zweten’ niet snel opwarmt in de zon. Voor glazuur, een glasprocédé, wordt lood of tin gebruikt. Daardoor smelt het niet bij hoge temperaturen en vloeit makkelijk uit over het oppervlak. Echter erg gezond is het niet. Het aardewerk van Tamegroute is beroemd om z’n groene glazuur. Tegenwoordig wordt daar geen lood meer bij gebruikt. (49)

zaterdag 1 maart 2014

Wat het land biedt

De eerste avond in Marrakesh moest en zou ik meteen naar het beroemde Jemaa El Fnaaplein om de sfeer te proeven. Ik had nog niet gegeten, dus Bert nam mij mee naar een van de vele marktrestaurantjes waar je aanschuift en ziet en proeft wat het land je te bieden heeft. Het was een bonte, geurige, rokerige en lawaaierige ervaring. Verse etenswaren zoals groenten, vlees, vis en gevogelte waren in grote overvloed uitgestald. Het was moeilijk om te kiezen. Maar als je een keuze had gemaakt werd het met een nood vaart gebakken, geroosterd of gestoofd en verscheen het op kleine bordjes met brood voor je neus. Ik vond het zo’n geweldige ervaring dat ik al etend de berg verswaren zat te tekenen met aan de leiding een Marokkaanse schoonheid met cowboyhoed op. Behalve de aanschuiftafels waren er ook de karren met hoog opgetast fruit en vers geperste sapjes. Zo heb ik het nergens meer gezien. Wel de overdaad, maar niet deze snelle manier van bereiden. Meestal gaat het langzaam en met zorg alsof een eerbetoon gegeven wordt aan alles wat geoogst is. Toen we na de culinaire hectiek van het Jemaa el Fnaaplein terugkuierden naar onze Riad, kwamen we langs de buurt kruideniertjes verstopt achter een loketje of in een smalle volle pijpenla. Daar worden flesjes, blikjes, pakjes en ingelegde en gedroogde etenswaren verkocht. Zelfs de verpakte koekjes geven hier de indruk versgemaakt te zijn. (3)